In de voetsporen van de vislopers

Het Visserspad is nu voor veel Haarlemmers een mooie route naar het strand. Vroeger liepen honderden vrouwen deze route dagelijks op en neer om verse vis naar onze stad te brengen. Ook de Vishal op de Grote Markt en café ‘de Stinkende Emmer’ verwijzen hier nog naar. In deze aflevering van de tijdmachine maken we een wandeling in de voetsporen van deze vislopers.
De vislopers waren vooral vrouwen uit Zandvoort. Dat was in die tijd nog een echt vissersdorp. Het was alleen direct bereikbaar via de zee en het strand. Via twee zandpaden kon je landinwaarts gelegen dorpen en steden bereiken. De Santvoorder Wech naar Aerdenhout en het Vischpad richting Haarlem. Over dat laatste pad liepen tot eind 19e eeuw honderden vislopers dus bijna dagelijks door het mulle zand.

De vrouwen droegen Zandvoortse klederdracht, met een kenmerkende vislopershoed, en op de rug een mand. In die mand konden zij wel 30 kilo vis meedragen. Daarnaast hadden ze vaak aan de arm nog 2 kleinere manden met garnalen, een kopje en een mesje. Het kopje was voor het afmeten van een portie garnalen, het mesje om de vis schoon te maken.

Kousenpaal
Het oorspronkelijke Vischpad (dat iets noordelijker lag dan het huidige Visserspad) begon halverwege de Haltestraat, midden in het huidige centrum van Zandvoort. Daar stond een ‘kousenpaal’, een paal die door de vislopers werd gebruikt als steun om de schoenen (of klompen) en kousen uit te trekken. Op blote voeten ploegden zij daarna, met hun zware last, door het mulle duinzand. Tot aan de Blinkert, de steile afdaling bij herberg Kraantje Lek, daar konden zij even uitrusten en de kousen en schoenen weer aantrekken bij een kousenpaal.
Een deel van de vislopers ging richting de buitenplaatsen en landgoederen om de vis langs de deur te verkopen. De meesten liepen door naar de Grote Markt in Haarlem. Daar lieten zij hun waar keuren om deze daarna uit te stallen in de vishal. Om 5 uur in de middag eindigde de vismarkt en mocht er geen vis meer verkocht worden.
Stinkende emmers
Aan het eind van de dag werd door de vislopers vaak nog even een borrel gedronken bij het Hof van Holland (tegenwoordig ’t Wapen van Kennemerland) in het huidige Ramplaankwartier. Hun lege visemmers lieten zij buiten staan, waardoor het café de bijnaam ‘de Stinkende Emmer’ kreeg.

Na de borrel vervolgden zij hun terugweg over landgoed Elswout, langs Kraantje Lek (schoenen en kousen weer uit bij de kousenpaal), over het Vischpad, naar de kousenpaal in Zandvoort. Heen en terug een tocht van ongeveer 18 kilometer.

Trein
Toen eind 19e eeuw grote stoomtrawlers vanuit de haven van IJmuiden op zee gingen vissen, en de vis daarna per trein naar Haarlem werd gebracht, kwam er een einde aan het beroep van visloper.

Expositieruimte
Tegenwoordig is het Visserspad een veelgebruikt fietspad en populaire wandelroute. Niet alle fietsers en wandelaars zullen beseffen dat zij het spoor volgen van die honderden vissersvrouwen die hier dagelijks liepen. Naast de overgebleven herkenningspunten langs de route, zoals Kraantje Lek en ‘de Stinkende Emmer’, is in Haarlem ook de Vishal op Grote Markt bewaard gebleven. Het gebouw doet nu dienst als een gratis toegankelijke expositieruimte voor wisselende tentoonstellingen van beeldende kunstenaars.
