Vergunningen Club June, Shibuya en NIP blijven ingetrokken

Burgemeester Wienen trok de horecavergunningen in op basis van bestuurlijke rapportages van de politie. De Alcoholwet bepaalt dat leidinggevenden en uitbaters van een horecabedrijf niet in enig opzicht van slecht levensgedrag mogen zijn. Zij hebben een bijzondere verantwoordelijkheid bij de verkoop van alcohol, wat door de wet wordt gezien als een stof met een gevaarlijke werking. Wie een horecavergunning aanvraagt, wordt gecontroleerd op zijn of haar levensgedrag. In de bestuurlijke rapportages rond de Haarlemse uitbater stonden diverse incidenten, waarvan enkele zeer ernstig van aard, omschreven in en in de nabije omgeving van Club June. 

“Ik heb als burgemeester bevoegdheden om de openbare orde en de veiligheid in de stad te beschermen. Bij het inzetten van die bevoegdheden ga ik niet over 1 nacht ijs. In dit geval zijn de gevolgen van het intrekken van de horecavergunningen verstrekkend voor de uitbater. Ik vond en vind die gevolgen niet opwegen tegen het belang van intrekking, namelijk het beschermen van de samenleving, de veiligheid en gezondheid van onder andere minderjarigen en de openbare orde. Ik ben blij dat de rechter dit ook zo ziet”, zegt burgemeester Jos Wienen.

Uitspraak rechtbank

De rechtbank schrijft in haar uitspraak dat uit de bestuurlijke rapportages een patroon volgt, waarbij het over een lange periode de leidinggevende zelf is die minderjarigen binnenlaat, alcohol aan minderjarigen schenkt, vip-bandjes aanbiedt en hen aanmoedigt meer te drinken. Ook ten aanzien van de geweldsincidenten is sprake van een patroon over een langere periode, waarbij de leidinggevende meerdere malen is aangesproken over het handelen van de beveiliging naar aanleiding van de geweldsincidenten.