Overgangsregelingen en vergunningenplafond
Bij de invoering van betaald parkeren is er een tijdelijke regeling voor bewoners: per adres kunnen zij, naast de 1e en 2e vergunning, ook een tijdelijke derde vergunning aanvragen. Hierna wordt het vergunningenplafond van kracht.
Overgangsregeling
Om huishoudens met meer dan twee auto's tegemoet te komen bij de invoering van betaald parkeren, is er een tijdelijke regeling: tot [drie maanden?] na de invoering kunnen zij naast een 1e en 2e vergunning, ook een tijdelijke vergunning voor een 3e auto aanvragen.
Deze tijdelijke derde vergunning vervalt voor iedereen op 1 januari 2032, ongeacht de aanvraagdatum. Zo stimuleren we inwoners om het aantal auto's per huishouden terug te brengen naar maximaal twee.
Vergunningenplafond
Vanaf 1 januari 2026 voeren we een vergunningenplafond in voor wijken met gereguleerd parkeren. Dit plafond geldt voor zowel bewoners als bedrijven en hun werknemers. Het plafond gaat in zodra in een wijk de aanvraagperiode voor de 3e bewonersparkeervergunning is gesloten.
Het vergunningenplafond zorgt ervoor dat op de lange termijn niet meer parkeervergunningen worden uitgegeven dan dat er parkeerplaatsen zijn.
We beginnen met een overgangsperiode waarin de parkeerdruk niet direct daalt. Dit komt door overgangsregelingen, zoals de tijdelijke bewonersparkeervergunning voor een derde auto. Het aantal auto’s zal geleidelijk afnemen, bijvoorbeeld door natuurlijk verloop (verhuizingen, of mensen die hun auto wegdoen) en aanvullende maatregelen, zoals de bouw van nieuwe gemeentelijke parkeergarages.
Het maximum aantal vergunningen wordt jaarlijks opnieuw bekeken. Het plafond kan veranderen als de parkeerbehoefte in een gebied verandert, bijvoorbeeld door de sloop van gebouwen voor nieuwe woningen.
Eerste bewonersparkeervergunning
Bewoners van woningen met recht op parkeren en zonder parkeerplek op eigen terrein, kunnen altijd een eerste parkeervergunning aanvragen. Het vergunningenplafond is geldt niet voor de eerste parkeervergunning.
Tweede bewonersparkeervergunning
Het vergunningenplafond geldt alleen voor de tweede parkeervergunning op een adres. Is er recht op een vergunning, maar is het plafond bereikt? Dan komt de aanvragen op een wachtlijst te staan. De datum van aanvraag bepaalt de plek op die lijst. Zolang men op de wachtlijst staat, moet de auto buiten het betaald parkeergebied worden geparkeerd.
Omdat in de binnenstad (Zone B) maximaal één bewonersparkeervergunning wordt uitgegeven, is een vergunningenplafond hier niet nodig.
Verhuizen
Een parkeervergunning hoort altijd bij één specifiek adres. Verhuist een bewoner, zelfs binnen dezelfde wijk? Dan vervalt de huidige vergunning(en) en is een nieuwe aanvraag nodig voor het nieuwe adres.
Als op het nieuwe adres het plafond al bereikt is, verliest de aanvrager het recht op de tweede vergunning en komt men, net als andere aanvragers, op de wachtlijst te staan.
Vergunningen voor bedrijven en werknemers
Het vergunningenplafond zorgt ook voor een maximum aantal parkeervergunningen voor bedrijven en hun werknemers per vergunningengebied (zones C en D). De maximum aantallen verschillen voor bewoners en bedrijven, omdat zij op verschillende momenten parkeren (dubbelgebruik).
Zodra ook dit maximum bereikt is, worden nieuwe aanvragen aangehouden. Het bedrijf of de instelling dat de vergunning aanvraagt, komt dan op een wachtlijst te staan.